Meer dan tien procent van de starters, mensen die binnen nu en twee jaar een woning willen kopen, legt tussen de vijftig- en honderdduizend euro opzij voor een huis. Zeven op de tien starters sparen vooral voor de inrichting van de woning.

Ruim de helft van de ondervraagden gebruikt het spaargeld of een deel daarvan voor de financiering van de kosten koper en notariskosten. Bijna de helft gebruikt ook spaargeld als inleg om zo een lagere hypotheek af te kunnen sluiten.

"Je ziet dat we wat meer richting het Duitse model gaan", licht een woordvoerder van ING toe. Daar kan een woning tot maximaal tachtig procent van de waarde via een hypotheek worden gefinancierd. In Nederland gaat dit percentage volgend jaar van 105 naar 104 procent. Banken verstrekken bovendien minder snel hypotheken. Ook de maximale hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie gaat omlaag van 290 naar 265 duizend euro.

Het Woononderzoek van ING wordt elk kwartaal uitgevoerd door onderzoeksbureau TNS Nipo. Het is voor het eerst dat de bank vragen over het spaargedrag van starters heeft uitgezet. Uit het onderzoek komt verder naar voren dat starters positiever zijn geworden over de vooruitzichten op de woningmarkt. Bijna een derde van de starters verwacht dat de bodem van de huizenprijzen dit kwartaal is bereikt. In het vorige kwartaal was dat nog een op de vijf.

Het vertrouwen in de woningmarkt is in het derde kwartaal bovendien verder gestegen. De index die ING op basis van het onderzoek samenstelt steeg met vijf punten naar 111. Een stand van honderd geeft aan dat evenveel ondervraagden positief als negatief antwoordden op de vragen. Die vragen gaan onder meer over de verwachtingen ten aanzien van de hypotheekrente en het aantal huizen dat wordt verkocht.