Met verkiezingen in aantocht lijkt een deel van de Zuid-Hollandse politiek geen haast te willen maken met een gevoelig onderwerp als windenergie. Tot onvrede van andere partijen.

"Wat draagt dit bij aan het halen van de energiedoelstellingen?", vroeg Statenlid Tessa Beeloo van Volt. "We zijn nu alleen maar aan het vertragen." Ward Meijroos van coalitiepartij BBB bestreed dat en wees op de honderden brieven die de provincie heeft gekregen van bezorgde inwoners van het Groene Hart. "Er is enorm veel onrust, we hebben ontzettend veel insprekers. We kunnen dit er niet zomaar even doorheen jassen omdat de doelstellingen gehaald moeten worden. We willen een zorgvuldige behandeling, anders is er nooit draagvlak en krijgen we niets voor elkaar."

Locaties

De provincie heeft laten onderzoeken op welke plekken windturbines zouden passen, omdat de gemeenten uit de regio's Holland Rijnland en Midden-Holland achterlopen bij het opwekken van duurzame energie. Beide regio's dreigen hun afgesproken doel voor 2030 niet te halen.

Begin juli publiceerde Zuid-Holland een kaart met "technisch haalbare" locaties. Daar zouden tussen de 52 en 62 turbines van 240 meter kunnen komen. Het leidde tot veel onrust in deze gebieden. Volgens gedeputeerde Berend Potjer was het onderzoek slechts "een handreiking" naar gemeenten, die zelf beslissen waar en hoe ze energie opwekken. Holland Rijnland en Midden-Holland hebben tot 1 oktober om te reageren op het locatieonderzoek. Het Zuid-Hollandse college neemt hun inbreng mee in het voorstel voor aanpassingen van het omgevingsbeleid, waarin de provinciale regels en kaders voor de leefomgeving staan. De Provinciale Staten nemen pas volgend jaar een besluit over de herziening en kunnen dan hierin wijzigingen aanbrengen.